From 0b8ca6637be94f7814cafa7d01ad4699672ff336 Mon Sep 17 00:00:00 2001 From: Darrell Anderson Date: Tue, 21 Jan 2014 22:06:48 -0600 Subject: Beautify docbook files --- tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook | 339 ++++-------------------- 1 file changed, 51 insertions(+), 288 deletions(-) (limited to 'tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook') diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook index bf8d995f219..e46eeca2c9c 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook @@ -1,299 +1,62 @@ -&xsldbg; gebruiken - -Argumenten voor de opdrachtregel van xsldbg -Op systemen waar readline beschikbaar is, kunt u de toetsen terug/vooruit om door de geschiedenis van ingevoerde opdrachten te bladeren. Op alle systemen kan de laatst ingevoerde opdrachtherhaald worden door op de toets <ENTER> te drukken. -Als uw besturingssysteem het ondersteunt worden bestandsnamen uitgebreid. -Een aantal opdrachten accepteren meer dan één argument. U kuntaanhalingstekens gebruiken om complexe expressies als één argument te laten gebruiken. Bijvoorbeeld break "* | @" maakt het mogelijk om een breekpunt op het sjabloon met de naam "* | @" te plaatsen. +&xsldbg; gebruiken + +Argumenten voor de opdrachtregel van xsldbg +Op systemen waar readline beschikbaar is, kunt u de toetsen terug/vooruit om door de geschiedenis van ingevoerde opdrachten te bladeren. Op alle systemen kan de laatst ingevoerde opdrachtherhaald worden door op de toets <ENTER> te drukken. +Als uw besturingssysteem het ondersteunt worden bestandsnamen uitgebreid. +Een aantal opdrachten accepteren meer dan één argument. U kuntaanhalingstekens gebruiken om complexe expressies als één argument te laten gebruiken. Bijvoorbeeld break "* | @" maakt het mogelijk om een breekpunt op het sjabloon met de naam "* | @" te plaatsen. -Legenda van gebruikte termen -De volgende tabel beschrijft de termen die in de opdrachtengids gebruikt worden. +Legenda van gebruikte termen +De volgende tabel beschrijft de termen die in de opdrachtengids gebruikt worden. - - SJABLOONNAAM : Een geldige sjabloonnaam die alleen ASCII-tekens0x00 tot en met 0x7F bevat. Mogelijk een volledig gekwalificeerde naam zoals "xsl:templateName". - BESTANDSNAAM : Een geldige bestandsnaam op het lokale systeem van de gebruiker. Het voorvoegsel "~" mag op *nix en CYGWIN gebruikt worden. Onder RISC OS mogen omgevingsvariabelen gebruikt worden. - URI : Een 'Uniform Resource Identifier' zoals gedefinieerd door -RFC 2396 - MODUSNAAM : De sjabloonmodus, kan een volledig gekwalificeerde naam zijn als "xsl:modeName". - QNAAM : Een volledig gekwalificeerde naam als "xsl:localPart" - REGELNR : Een geldig regelnummer in het bijbehorende bestand <BESTANDSNAAM> - AANTAL_FRAMES : Een geldig aantal frames om de huidige positie mee te wijzigen. - BREEKPUNT_ID : Een geldig breekpuntnummer. - OBSERVATIE_ID : Een geldige observatie-expressie zoals aangegeven door de opdracht showwatch - SNELHEID: de snelheid om mee door de code te lopen, getal van 0 tot en met 9 -     (Commentaar): een opmerking over de betekenis of het gebruik van de opdracht - { opt1 | opt2 | opt3 .. enz} : Kies een van de opties. - XPAD : Een xpad-selectie van knopen - PARAM_ID : Een geldig parameternummer zoals aangegeven door de opdracht showparam - PAD : Een pad om de huidige werkmap in te veranderen. Op sommigebesturingssystemen wordt het voorvoegsel "~" vervangen door het pad naar uw persoonlijke map. - TEKST : Vrije tekst     (geen restricties) - OPDRACHT : Een geldige opdracht voor xsdbg - QNAAM : Een geldige naam van een variabele of parameter - BRON : Het stijlblad dat uitgevoerd wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> - DATA : De xml-data (document) die door het stijlblad verwerkt wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> - DEVICE_PAD : Een geldige terminal op het besturingssysteem - TTY_NIVEAU : Een geldig invoer-/uitvoer-niveau om te gebruiken - - + + SJABLOONNAAM : Een geldige sjabloonnaam die alleen ASCII-tekens0x00 tot en met 0x7F bevat. Mogelijk een volledig gekwalificeerde naam zoals "xsl:templateName". + BESTANDSNAAM : Een geldige bestandsnaam op het lokale systeem van de gebruiker. Het voorvoegsel "~" mag op *nix en CYGWIN gebruikt worden. Onder RISC OS mogen omgevingsvariabelen gebruikt worden. + URI : Een 'Uniform Resource Identifier' zoals gedefinieerd door +RFC 2396 + MODUSNAAM : De sjabloonmodus, kan een volledig gekwalificeerde naam zijn als "xsl:modeName". + QNAAM : Een volledig gekwalificeerde naam als "xsl:localPart" + REGELNR : Een geldig regelnummer in het bijbehorende bestand <BESTANDSNAAM> + AANTAL_FRAMES : Een geldig aantal frames om de huidige positie mee te wijzigen. + BREEKPUNT_ID : Een geldig breekpuntnummer. + OBSERVATIE_ID : Een geldige observatie-expressie zoals aangegeven door de opdracht showwatch + SNELHEID: de snelheid om mee door de code te lopen, getal van 0 tot en met 9 +     (Commentaar): een opmerking over de betekenis of het gebruik van de opdracht + { opt1 | opt2 | opt3 .. enz} : Kies een van de opties. + XPAD : Een xpad-selectie van knopen + PARAM_ID : Een geldig parameternummer zoals aangegeven door de opdracht showparam + PAD : Een pad om de huidige werkmap in te veranderen. Op sommigebesturingssystemen wordt het voorvoegsel "~" vervangen door het pad naar uw persoonlijke map. + TEKST : Vrije tekst     (geen restricties) + OPDRACHT : Een geldige opdracht voor xsdbg + QNAAM : Een geldige naam van een variabele of parameter + BRON : Het stijlblad dat uitgevoerd wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> + DATA : De xml-data (document) die door het stijlblad verwerkt wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> + DEVICE_PAD : Een geldige terminal op het besturingssysteem + TTY_NIVEAU : Een geldig invoer-/uitvoer-niveau om te gebruiken + + -Overzicht van beschikbare opdrachten +Overzicht van beschikbare opdrachten - -Hulp :help -Uitvoering : {bye|exit| quit}, step, stepup, stepdown, next, continue, run, trace, setoption, options -Parameters van libxslt : addparam, delparam, showparam, output, setoption, options -Sjablonen : templates, where, frame -Breekpunten : break, showbreak, delete, enable -Expressies bekijken (xpath) : cat -Knopen bekijken : ls, dir, du, cat, pwd -Variabelen bekijken : globals, locals, cat, addwatch -Variabelen zetten : set -Knopen selecteren : source, data, cd -Zoeken :search -Besturingssysteem :chdir, shell, tty -Bestanden : output, entities, system, public -Uitgeschakelde bestandsopdrachten : validate, load, save, write, free - + +Hulp :help +Uitvoering : {bye|exit| quit}, step, stepup, stepdown, next, continue, run, trace, setoption, options +Parameters van libxslt : addparam, delparam, showparam, output, setoption, options +Sjablonen : templates, where, frame +Breekpunten : break, showbreak, delete, enable +Expressies bekijken (xpath) : cat +Knopen bekijken : ls, dir, du, cat, pwd +Variabelen bekijken : globals, locals, cat, addwatch +Variabelen zetten : set +Knopen selecteren : source, data, cd +Zoeken :search +Besturingssysteem :chdir, shell, tty +Bestanden : output, entities, system, public +Uitgeschakelde bestandsopdrachten : validate, load, save, write, free + -- cgit v1.2.1